OVERDENKING | Ik zeg PAPA

Lezen: Romeinen 8:12-30
1

Al weer heel wat jaren terug heb ik een keer gepreekt over bidden als op je rode stip gaan staan. Wie herinnert zich dat nog? De preek over de rode stip?
Ik had zelf een rode stip meegenomen: een ronde rode mat die ik had gekocht bij de IKEA als ik het me goed herinner. Zo’n soort mat als je op de beamer ziet.
Waar stond die rode stip voor?
Ik ontdekte die rode stip in een boek van Larry Crabb met de titel ‘Ik zeg PAPA. Over vertrouwelijk en persoonlijk gebed’. Hij vertelde dat hij ergens de weg aan het zoeken was en hij keek dus uit naar een plattegrond (het boek stamt uit een andere tijd, want nu zouden we Google Maps erbij pakken). En op die plattegrond zocht hij naar de rode stip waar bij stond: ‘U bevindt zich hier.’
Larry Crabb zei: als je gaat bidden, begin dan op die rode stip. Begint met tegen God te zeggen: ‘Hier bevindt ik mij’. Dit speelt er in mijn leven. Hier maak ik me zorgen over. Dit maakt me verdrietig. Want we mogen bij God komen zoals we zijn, met wat er op dit moment speelt in onze levens. Dat je eerlijk bent over je gevoelens en je gedachten. God kan ons ook alleen maar ontmoeten op de plek waar we nu zijn, niet op de plek waar we denken dat we horen te zijn. We hoeven ons niet beter voor te doen.
Het leek me mooi om in de overdenking op deze biddag nog eens een keer dat gebedsonderwijs van Larry Crabb te delen voordat we straks tijd nemen voor gebed.
2
Crabb maakt onderscheid tussen twee soorten gebed.
De ene soort noemt hij: het dingen-van-God- krijgen-gebed. Dat zijn gebeden waarin je vooral van alles van God vraagt in de hoop en de verwachting dat Hij het ook geeft. En er is met zo’n gebed niets mis: we worden uitgenodigd om te vragen aan God wat we nodig hebben. ‘Geef ons heden ons dagelijks brood’ is zo’n gebed. Zorg voor ons. Geef genezing. Geef me rust en vertrouwen.
Maar het kan ook zijn dat ons bidden alleen maar bestaat uit vragen. En daarom is het ook goed om die andere soort gebed te ontdekken en te beoefenen: het God-beter-leren-kennen-gebed.
En daar gaat dit boek dus over: Ik zeg PAPA. Dat verbind ik allereerst met wat we in Romeinen 8 lazen, vooral vers 15: “U hebt de Geest niet ontvangen om opnieuw als slaven in angst te leven, u hebt de Geest ontvangen om Gods kinderen te worden – door Hem roepen wij God aan met ‘Abba, Vader’.” We worden uitgenodigd om vertrouwelijk en persoonlijk te zijn in onze gebeden.
Daar hoort ook echt bij dat je op je rode stip gaat staan. HEER, hier bevind ik mij. En misschien denken we aan moeilijke dingen die er in ons eigen leven spelen. Ziekte, onzekerheid, gebrokenheid, verdriet. Of we kijken naar alle chaos en onzekerheid en nood en oorlog in de wereld om ons heen. We kijken wel op een soort van keerpunt in de geschiedenis te zitten.
En dat verbind ik ook met wat Paulus schrijft:
Romeinen 8:20: “Want de schepping is ten prooi aan zinloosheid, niet uit eigen wil, maar door Hem die haar daaraan heeft onderworpen.”
Zinloosheid – we zien het voortdurend om ons heen in hoe mensen met elkaar omgaan, hoe we met de schepping omgaan, wat is er veel kapot gegaan en wat is er veel kapot aan het gaan. En dan gaat Paulus verder:
Romeinen 8:22-23: “Wij weten dat de hele schepping nog altijd als in barensweeën zucht en lijdt. En zij niet alleen, ook wijzelf, die als voorschot de Geest hebben ontvangen, ook wij zuchten in onszelf in afwachting van de openbaring dat we kinderen van God zijn: de verlossing van ons sterfelijk bestaan.”
En in dat zuchten van de schepping, in dat zuchten dat we bij onszelf herkennen, in dat zuchten gaat God zelf meedoen:
Romeinen 8:26: “En bovendien komt de Geest onze zwakheid te hulp; wij weten immers niet wat we in ons gebed tegen God moeten zeggen, maar de Geest zelf pleit voor ons met woordloze zuchten.”
Hoe mooi is dat: dat de heilige Geest samen met ons op die rode stip komt te staan. “Hier bevinden wij ons. Er zijn geen woorden voor.”
Soms komt je gebed niet verder dan alleen maar zeggen: “O God…” Of: “Abba, Vader…”.
3
Terug nu naar dat PAPA-gebed. Want PAPA verwijst niet alleen naar Abba, Vader. Maar de vier letters staan ook vier vier stappen die je zet in het God-beter-leren-kennen-gebed. En ik geloof dat dat echt kan helpen om weer nieuwe inspiratie op te doen voor je gebedsleven.
Presentatie: ik kom bij God zoals ik ben
Aandacht: ik zie God zoals Hij is
Puurheid: ik vraag God om zuiverheid
Aankomst: ik zet God op de eerste plaats
Daar zit dus een beweging in, een dynamiek.
Je begint op je rode stip: Hier bevind ik mij. Dit speelt er in mijn leven. Hier ben ik boos over, hier ben ik bang voor, dit stemt me bedroefd. En zeker: ook als er blijdschap is mag je dat natuurlijk benoemen! Maar dit gebed wil ons vooral leren om eerlijk te zijn over wat we echt moeilijk vinden.
En als je zo bij jezelf bent gekomen, ga je met alles wat er is naar God toe. Je besteedt er aandacht aan hoe jij God ziet, hoe God is. Daar zeg ik zo nog wat meer over.
En als je dan ziet wie God is, herken je ook je eigen kleinheid, je eigen kwetsbaarheid, je eigen onzuiverheid, je eigen falen.
En tenslotte kom je uit waar je ten diepste wilt wezen: Bij God zelf die de eerste plaats heeft in jouw leven.
Dit is in wat andere woorden eigenlijk de beweging die je maakt:
Vanuit mijn kwetsbaarheid,
wend ik mij toe naar God,
om mij door hem te laten reinigen,
en om hem mijn grootste geluk te laten zijn.
Voel je die beweging die daarin zit, de kleine reis die je eigenlijk maakt. Je begint waar jij bent, je richt je op God, je ziet wat God in jouw leven wil doen en je aanbidt God uiteindelijk als hoogste doel.
Je kunt het ook nog zo zeggen, met deze vier gebedszinnen die je uit je hoofd kunt leren, om ze een voor een wat verder in te vullen:
Presentatie: HEER, hier bevind ik mij!
Aandacht: HEER, ik wil u kennen zoals u bent!
Puurheid: HEER, ik wil graag heilig zijn!
Aankomst: HEER, U bent mijn alles!
4
Over die tweede stap wil ik tenslotte nog graag iets delen. Want het is natuurlijk heel belangrijk om te weten welk beeld van God je hebt. Wie is Hij volgens jou? Wie is Hij voor jou? Hoe denk je dat Hij door jou gezien en ervaren wil worden.
En dan zijn er ook best wel veel beelden die zich kunnen hebben vastgezet, maar die toch geen recht doen aan wie God ten diepste is.
Hier heb ik zeven beelden voor jullie met een kleine toelichting:
- Een Afwezige Horlogemaker: eens heeft God alles gemaakt, en dat heeft Hij zo goed gedaan dat het allemaal vanzelf loopt; in je gebedsleven leidt dat tot een bepaalde gelatenheid: het komt toch zoals het komt.
- Een Strenge Patriarch: hier is God een wetgever geworden die wel iets wegheeft van een vader, maar dan toch wel een heel strenge en heel afstandelijke. Een relatie met hem hebben betekent vooral: zorg dat je gehoorzaam bent en geen fouten maakt
- Een Onpersoonlijke Kracht: God is een alomtegenwoordige macht, een relatie met hem hebben slaat nergens op. Veel verder dan zeggen: ‘God bestaat’ kom je niet als dit je Godsbeeld is. Het klinkt eigenlijk hetzelfde als: ‘Er is een hogere macht.’
- Een Verkoopautomaat: niemand zal het gauw toegeven dat we God zo zien, maar dit is een wijdverbreid beeld van God (vergelijkbaar met God als Sinterklaas of Kerstman): wij doen er een muntje in, en we krijgen wat we willen hebben. Want God is goed!
- Een Morele Kruisvaarder: in deze opvatting is God iemand die vooral allerlei zichtbare zonden haat zoals abortus en euthanasie en gokken en porno en corruptie en het homohuwelijk en racisme en valse leer. Persoonlijke geestelijke vorming komt op de zoveelste plaats.
- Een Drukbezette Koning: ook al is God Koning en weet Hij alles, is hij waarschijnlijk toch te druk om echt op mijn persoonlijke leven betrokken te zijn met alle beslissingen en keuzes die daarin voorkomen.
- Een Vrolijke Vriend: God is bij ons maar niet echt boven ons; hij houdt ervan om lekker met ons rond te hangen; geen eisen, geen regels, gewoon gezellig. Bidden wordt zo nu en dan even contact maken en vragen om een gunst aan je vriend.
Misschien herken je er wat van. Bij jezelf. Of anders misschien bij anderen. En de tijd ontbreekt nu om hier meer over te zeggen.
5
Maar als er één beeld waarvan we mogen aanvoelen en weten dat het klopt, dan is dat dit beeld: Abba, Vader. Hij is als een PAPA voor al zijn kinderen. Dat is de boodschap van Jezus die God steeds opnieuw zijn Vader noemt.
“U hebt de Geest ontvangen
om Gods kinderen te worden
– door Hem roepen wij God aan
met ‘Abba, Vader’.”
Tot die Abba, Vader bidden we vanavond. En we aanbidden nu zijn Zoon Jezus met het lied dat we gaan zingen.
.