Preek | Eeuwig thuis

Zondag 24 november 2024, Eeuwigheidszondag
- Ga naar de liturgie
- Onder de preek staan gespreksvragen
Lieve mensen,
Die laatste zin van het lied ‘Mijn herder’ vormde mij de inspiratie voor de titel van deze preek: ‘Eeuwig thuis’.
“Ik wéét dat Hij mij brengen zal
naar een plaats waar ik eeuwig thuis zal zijn.”
We zitten hier vandaag allemaal met de namen van geliefden in ons hoofd en in ons hart. Ze zijn er niet meer. Niet hier bij ons op aarde. We missen hen. We rouwen. We huilen. We voelen ons leeg. Of we vinden het ook wel moeilijk om bij ons verdriet te komen en we voelen niet zoveel.
We denken aan wie gestorven zijn, maar misschien denken we ook wel aan onze eigen dood. Want dat weten we zeker: we zullen allemaal een keer sterven, tenzij Jezus eerder terugkomt. Dat is misschien niet heel fijn om bij stil te staan. Maar het is toch ook wel goed op zo’n Eeuwigheidszondag. Stil staan bij geliefden die we missen. Stilstaan bij de dood als iets dat hoort bij het leven. Stil staan bij onze eigen eindigheid en bij de eeuwigheid.
“Ik wéét dat Hij mij brengen zal
naar een plaats waar ik eeuwig thuis zal zijn.”
Daar klinkt vertrouwen in door. En dat is mooi. Het is een mooi lied. Psalm 23 is vol troost en nabijheid. Maar wat weten we nu eigenlijk? Wat weten we over het leven na de dood? Er is nog nooit iemand teruggekomen om erover te vertellen. Wat gebeurt er eigenlijk als je sterft?
–
In het voorbije jaar stierf ook ds. Arie van der Veer, predikant van de Christelijke Gereformeerde Kerk hier in Zwolle, jarenlang voorzitter van de Evangelische Omroep, en ook wel een beetje de dominee van Nederland.
Niet zo lang voor zijn overlijden had Jurjen ten Brinke een interview met hem. Het ging over sterven. We gaan even kijken en luisteren naar een fragment uit dat interview.
Jurjen: Waar ga jij naartoe als je sterft?
Arie: Naar God.
Jurjen: Dat is duidelijk.
Arie: Ja, dat is helemaal geen punt.
Jurjen: En dat is niet per se misschien de hemel.
Arie: Ja, wat is de hemel? Dat is daar waar God is. Je leest in het boek Openbaring iets ervan. Daar zijn mensen allemaal helemaal gek van: ‘Lichtstad met uw paar’len poorten’. Is dat nou de hemel? Of is dat gewoon een beschrijving, daar kun je nog heel wat over praten? Bij God zijn. ‘Heden zult gij mét mij in het paradijs zijn.’ En voor de rest: ik weet het niet.
Jurjen: Maar het lijkt ook alsof je het niet zoveel uitmaakt.
Arie: Nee, ik vind het niet zo belangrijk hoe het eruit ziet.
Jurjen: Als het maar bij God is.
Arie: Dan zal het goed zijn. Ja, dan zal het goed zijn.
Arie van der Veer heeft zijn leven lang gepreekt en geschreven over Gods nabijheid. Hij wist veel mensen te bemoedigen, en zelfs in zijn laatste dagen deed hij dat nog. Ik vind het bijzonder dat juist hij zo kort voor zijn sterven, in alle eenvoud kon zeggen: ‘Ik weet het niet. En ik vind het ook niet zo belangrijk hoe dat precies is: de hemel, het leven na de dood. Bij God zal het goed zijn.’
En wat ik meteen ook mooi vind is dat we zo taal aangereikt krijgen die gaat over leven ná de dood, maar die net zo goed gaat over leven vóór de dood. Want als je eens een gesprek hebt over de vraag of er leven is na de dood en hoe dat leven er dan uitziet – dan is het ook altijd goed dat er een moment komt dat iemand zegt: ‘We hebben het nu over een leven ná de dood, maar geloof je ook in een leven vóór de dood?’
Die twee komen vandaag op deze Eeuwigheidszondag bij elkaar: het leven na de dood én het leven voor de dood. En we proberen ze ook bij elkaar te houden door ons te richten op dat woord ‘leven’. Dat is ook zo belangrijk in het evangelie van Jezus
Jezus heeft gezegd (Johannes 10:10): “Ik ben gekomen om het leven te geven in al zijn volheid.”
Jezus heeft gezegd (Johannes 11:25-26): “Ik ben de opstanding en het leven. Wie in Mij gelooft zal leven, ook wanneer hij sterft, en ieder die leeft en in Mij gelooft zal nooit sterven.”
Jezus heeft gezegd (Johannes 17:3): “Het eeuwige leven, dat is dat zij U kennen, de enige ware God, en Hem die U gezonden hebt, Jezus Christus.”
Ik herinner me nog een uitspraak uit een preek die ik al jaren geleden hoorde, toen ik nog student in Kampen was. Een heel korte en eenvoudige uitspraak die ik toen echt als nieuw ervaarde. Deze uitspraak: “Het eeuwige leven is nu al begonnen.” Ik dacht altijd dat het eeuwige leven ging over het leven ná de dood. Maar toen begreep ik dat het eeuwige leven net zo goed gaat over het leven vóór de dood. Eeuwig leven, dat is het leven dat mét Jezus wordt geleefd, dat is het leven met goddelijke kwaliteit omdat de heilige Geest er doorheen waait, dat is het leven dat God ons geeft hier en nu en na de dood.
–
Dat eeuwige leven, daar wil ik onder drie kopjes nog wat meer over zeggen: Eeuwig thuis zijn, De weg die eeuwig is en de eeuwige rust.
1 Eeuwig thuis zijn
‘Waar ga je naartoe als je sterft?’ ‘Naar een plaats waar ik eeuwig thuis zal zijn.’ Arie van der Veer gebruikte niet die woorden. Hij zei: ‘Ik zal bij God zijn, en dat zal goed zijn.’ Maar dit zal hij ook bedoeld hebben: nabij God, thuiskomen bij God. Eeuwig thuis zijn bij Hem bij wie je je ook hier op aarde al thuis voelde.
Leven met God gaat over je thuis voelen bij God. Vertrouwd met Hem zijn. Er blijdschap over voelen dat Hij in je leven is. Je je Hem niet zou willen missen.
Psalm 23 geeft daar op een heel mooie manier woorden aan. Het is een Psalm die vol is van Gods zorg voor ons.
“De HEER is mijn herder,
het ontbreekt mij aan niets.”
Of ook: ‘De HEER is mijn herder, ik ontbreek niet’. Ik word door Hem gezien, ik word door Hem gekend, ik word door Hem geliefd. Hij is altijd bij mij. Dat is eeuwig leven.
“Hij laat mij rusten in groene weiden
en voert mij naar vredig water,
Hij geeft mij nieuwe kracht
en leidt mij langs veilige paden
tot eer van zijn naam.”
Dat is allemaal dat eeuwige leven, leven dat niet is platgeslagen, dat niet betekenisloos is, dat niet is afgesloten voor de hemel. Zo voelt het leven soms wel: platgeslagen, oppervlakkig, zonder betekenis, zonder zin, afgesloten, zonder ziel.
Maar als God in je leven komt, gaat er een heel nieuwe dimensie open. Als Jezus naar je toekomt en vraagt “Wil je eeuwig leven? Wil je vertrouwd raken met mijn koninkrijk dat nabij is?” en als je dan ja zegt, dan begint dat eeuwige leven dat zo anders is, zoveel mooier ook omdat je een thuisgevoel krijgt. Je komt thuis bij God, niet langer vervreemd van jezelf, maar gekend door de hemel.
En dan zijn er zeker nog momenten dat je zegt:
“Mijn weg gaat door een donker dal.”
Het donkere dal van verlies en verdriet, van eenzaamheid en angst.
Maar je vertrouwt je ook toe aan de woorden die volgen:
“Ik vrees geen gevaar,
want U bent bij mij,
uw stok en uw staf,
zij geven mij moed.”
“Als het maar bij God is. Dan zal het goed zijn.” Als God er maar bij is. Dan kun je je toch eeuwig thuis voelen. En daar eindigt Psalm 23 ook mee:
“Geluk en genade volgen mij
alle dagen van mijn leven,
ik verblijf in het huis van de HEER
tot in lengte van dagen.”
Eeuwig in het huis van de Heer.
Straks in het leven na de dood.
Maar ook nu in het leven voor de dood.
Voel jij je thuis bij God?
2 De weg die eeuwig is
Ook Psalm 139 is vol van die nabijheid van God. Dat je door Hem gezin wordt en gekend bent. Dat Hij je omringt.
“U omsluit mij, van achter en van voren,
U legt uw hand op mij.
Wonderlijk zoals U mij kent,
het gaat mijn begrip te boven.”
Dat kun je ook bij mensen weleens hebben: dat je je gezien voelt en echt gekend. Dat iemand je echt tevoorschijn heeft geluisterd en gehoord heeft wat er in je hart leeft.
Dat kan ook bij God, dat je alles met Hem kunt delen, dat je je hart bij Hem kunt uitstorten, dat je stil in zijn aanwezigheid bent. En dat in die stilte die woorden dan naar boven borrelen:
“Wonderlijk zoals U mij kent,
het gaat mijn begrip te boven.”
Ik vind het bijzonder dat deze Psalm ook eindigt met aandacht voor de eeuwigheid.
“Doorgrond mij, God, en ken mijn hart,
peil mij, weet wat mij kwelt,
zie of ik geen verkeerde weg ga,
en leid mij op de weg die eeuwig is.”
De weg die eeuwig is. We mogen dus eeuwig thuis zijn bij God, zowel voor als na de dood. Maar er is ook een eeuwige weg. En wij bidden op deze Eeuwigheidszondag tot God en we vragen Hem:
“Leid mij op de weg die eeuwig is.”
Er bestaat ook een weg die niet eeuwig is, een verkeerde weg, zo zegt de Psalm het.
“Zie of ik geen verkeerde weg ga.”
Die verkeerde weg is een doodlopende weg, een weg zonder God, een weg zonder kleur, een weg zonder betekenis, een weg die geen heil brengt en geen toekomst heeft. Een weg die gekenmerkt wordt door voor jezelf gaan, door egoïsme, door boosheid en wrok, door hardheid en geldzucht.
Jezus spreekt later ook over de weg, in de Bergrede. Daar noemt hij die verkeerde weg de brede weg:
“De brede weg, die velen volgen, en de ruime poort, waar velen door naar binnen gaan, leiden naar de ondergang. Nauw is de poort naar het leven, en smal de weg ernaartoe, en slechts weinigen weten die te vinden.”
Ja, die smalle weg blijkt de eeuwige weg te zijn. Hij is precies zo smal als Jezus. Het gaat alleen via Jezus, door Jezus heen die de poort is, de deur, de weg, door in eenheid met Jezus te leven, door alles wat Hij aan licht en leven en liefde heeft in jouw zijn te absorberen. DOor samen met Paulus te leren zeggen en ervaren: ‘Niet meer ik, maar Christus leeft in mij.” Dat is de eeuwige weg die hier en nu begint, in het leven voor de dood en die verder gaat in het leven na de dood.
Hoe precies? Ik weet het niet. Maar God weet het, en Hij zal erbij zijn. En dat is genoeg.
3 De eeuwige rust
Tenslotte wil ik nog iets zeggen over de eeuwige rust. Afgelopen zondagen ging het hier in de kerk over de sabbat, over het zoeken van rust bij God op een speciale dag in de week.
Want rust is vaak ver te zoeken in onze overvolle dagen en weken, en ook in onze overvolle hoofden en harten is het maar zelden echt rustig. Maar dat is wel wat God ons wil geven: rust, hier en nu, in het leven vóór de dood. Maar God wil ook die uiteindelijke rust geven, in het leven na de dood, een eeuwige sabbat.
In Hebreeën 4:9-11 lezen we: “Er wacht het volk van God dus nog steeds een sabbatsrust. Want wie Gods rust is binnengegaan, vindt rust na zijn werk zoals God na het zijne. Laten we dus alles op alles zetten om die rust binnen te gaan.”
Wij geloven dat onze gestorven geliefden rusten bij God. Eeuwige rust. En dat geeft troost. Ik geloof trouwen dat dat niet een doodse rust is, een doodse stilte, maar juist een heel levendige rust, sprankelend, waar je echt van geniet. Dat iemand rust in vrede klinkt wat ernstig en kan zelfs een wat sombere ondertoon hebben. Maar stel je een voor dat je hier en nu in je leven al rust en vrede ervaart. Dat je vanuit het zoeken van rust bij God en je niet langer gek laten maken door alles wat moet vrede in je hart krijgt en in je hoofd en in je lijf. Dat je heelheid ervaart, shalom. Shalom in het leven voor de dood als een voorproefje van de shalom in het leven na de dood.
De schrijver van de Hebreeënbrief dringt er niet voor niets sterk op aan: “Laten we dus alles op alles zetten om die rust binnen te gaan.”
In het vertrouwen dat onze gestorven geliefden die rust zijn binnengegaan aan de andere kant van de dood, horen wij vandaag de uitnodiging om in het leven vóór de dood die rust al binnen te gaan.
En daarom:
Vertrouw je toe aan Jezus, Hij is je eeuwige Thuis.
Ga door het leven met Jezus, Hij is je eeuwige Weg.
Laat je raken door de vrede van Jezus, Hij is je eeuwige rust.
Gespreksvragen
- Wat betekent het voor jou om je “thuis te voelen bij God”?
- Hoe ervaar jij het idee dat het eeuwige leven nu al begonnen is?
- Welke beelden van de hemel spreken jou aan, en waarom?
- Hoe geeft Psalm 23 jou houvast in moeilijke tijden?
- Wat roept de uitspraak “Bij God zal het goed zijn” bij jou op?
- Op welke momenten in je leven voel jij je op “de weg die eeuwig is”?
- Hoe kun jij nu al rust vinden in een vaak druk en onrustig leven?
- Wat betekent het voor jou dat Jezus de opstanding en het leven is?
- Wat zie jij als de grootste uitdaging in het leven vóór de dood?
- Hoe helpt jouw geloof je omgaan met verlies en rouw?
.